Telefoon: 0418 - 579 442 | E-mail: info@goestenopdam.nl

Overige eindejaarstips – 2020

Overige eindejaarstips – 2020
13 november 2020 beheerdergoestenopdam

Overdrachtsbelasting

Het tarief voor de overdrachtsbelasting wijzigt per 1 januari 2021. Zorg daarom voor een goede timing bij de verkrijging van een onroerende zaak.

Afhankelijk van uw situatie is het nuttig te bekijken of u een onroerende zaak nog in 2020 wilt verkrijgen of dat het beter is te wachten tot 2021. Het algemene tarief voor de overdrachtsbelasting wordt namelijk per 1 januari 2021 verhoogd van 6 naar 8 procent. Dit geldt bijvoorbeeld voor bedrijfs- en fabriekspanden, maar ook voor woningen die de koper niet gebruikt om zelf duurzaam te bewonen en voor de verkrijging van de economische eigendom van een woning. Een levering in 2020 is dan voordelig.

Starters op de woningmarkt daarentegen krijgen een vrijstelling voor de overdrachtsbelasting. Uitstel van de levering tot na 2020 is dan voordelig. Een starter moet bij de aankoop van de eerste woning waarop beroep op de vrijstelling wordt gedaan, jonger dan 35 jaar zijn, maar wel meerderjarig. Tevens moet de starter de woning zelf gaan bewonen en dit ook schriftelijk verklaren. In de wet zal wel een woningwaardegrens van € 400.000 worden opgenomen. Alleen starters die een huis kopen onder de € 400.000 krijgen recht op de vrijstelling. Starters die een duurder huis kopen betalen net als andere huizenkopers 2% overdrachtsbelasting. Deze woningwaardegrens wordt pas van kracht per 1 april 2021. Leveringen aan starters in de periode 1 januari 2021 t/m 31 maart 2021 kunnen dan ook nog een beroep op de vrijstelling doen ook al is de woning duurder dan € 400.000.

In verband met de verwachte drukte bij het notariaat is het daarbij wel van belang om bij een gewenste overdracht vóór 31 december 2020 zo spoedig als mogelijk contact op te nemen met de notaris.

Aftrek lijfrentepremie/storting banksparen: betalen voor 31 december 2020

Premies voor een lijfrenteverzekering of stortingen op een lijfrentespaarrekening of beleggingsrecht zijn alleen aftrekbaar als u in een bepaald jaar niet voldoende pensioen heeft opgebouwd. De hoogte van de aftrekbare premie wordt bepaald aan de hand van de jaarruimte of reserveringsruimte van de voorgaande jaren. Als u de aftrekpost wilt in 2020, dan moet u de premies daadwerkelijk in 2020 betalen! Doet u dit niet, dan kunt u de lijfrentepremie niet in uw aangifte 2020 in aftrek brengen.

Vraag tijdig om een voorlopige aanslag!

Als u verwacht over 2020 belasting bij te moeten betalen, adviseren wij u tijdig te verzoeken om een (aanvullende) voorlopige aanslag. De belangrijkste reden hiervoor is dat de rente die de belastingdienst in rekening brengt fors hoger is dan de rente die u ontvangt bij de bank. De huidige belastingrente is nu 4%. Is het verzoek ingediend voor 1 mei 2021 dan is geen belastingrente verschuldigd als de (aanvullende) voorlopige aanslag conform het verzoek wordt opgelegd en hierna niet meer hoeft te worden bijbetaald.

Sparen bij de belastingdienst tegen de hogere rentetarieven is echter niet mogelijk. De belastingdienst vergoedt namelijk alleen nog rente in bijzondere situaties.

Laat de belastingdienst nog meebetalen aan uw studie

Bent u van plan een studie of opleiding te gaan volgen? Dan kan het verstandig zijn om hier in 2020 of 2021 mee te starten. Vanaf 2022 is het niet meer mogelijk om kosten van een studie of opleiding af te trekken in de inkomstenbelasting omdat deze wordt vervangen door een subsidieregeling STAP-budget (Stimulans van de Arbeidsmarktpositie) voor natuurlijke personen met een band met de Nederlandse arbeidsmarkt. Om in aanmerking te komen voor de aftrekpost, moet u wel voldoen aan de daarvoor geldende voorwaarden.

Aanpassing aftrekposten in 2021

Sommige aftrekposten in de inkomstenbelasting worden in 2021 aftrekbaar tegen maximaal 43%. Dit is gelijk aan het tarief voor de hypotheekrenteaftrek. Het aftrekpercentage wordt steeds met 3% per jaar teruggebracht tot uiteindelijk 37,05 procent in 2023. Het gaat onder meer om aftrek van alimentatie en andere onderhoudsverplichtingen, aftrek van uitgaven voor specifieke zorgkosten, aftrek van weekenduitgaven voor gehandicapten, aftrek van scholingsuitgaven en giftenaftrek. Het kan daarom voordelig zijn nog dit jaar een aftrekpost te benutten tegen het hogere tarief.

Vermogenstoets toeslagen

Naast de inkomenstoets geldt er ook een vermogenstoets voor de toeslagen. Voor het jaar 2020 is deze voor de zorgtoeslag en kindgebonden budget vastgesteld op € 85.767. Voor 2021 zijn de grenzen nog niet bekend. Daarom lichten we deze tip toe aan de hand van de cijfers 2020.

Als het vermogen uitkomt boven het heffingsvrije vermogen (voor alleenstaanden is dit € 30.846 en voor toeslagpartners is dit € 61.692) plus € 85.767, dan is er géén recht op zorgtoeslag en/of kindgebonden budget. Voor de huurtoeslag geldt dat er niet meer vermogen mag zijn dan het heffingsvrije vermogen, dit is € 30.846 respectievelijk € 61.692 voor toeslagpartners.

De vermogenstoets wordt aangelegd op peildatum 1 januari 2021. Zorg er dus voor dat indien er op basis van het inkomen recht is op toeslagen dat het vermogen op 1 januari 2021 niet te hoog is. Als u daarbij onder de grenzen van 2020 blijft, dan blijft u recht houden op toeslagen.